Gedicht Samen

Wat is samen?

Samen is een hoeveelheid, zegt het schaap.
En met hoe meer je bent, hoe meer het samen is.
De hele schaapskooi vol, dat is pas samen!
Hoe meer zielen, hoe meer samen!

Samen is een gevoel, zegt de Vlaamse Gaai.
Dat voel ik in mijn vogelhart.
Maar het is gek: hier, op de schutting, zit ik
helemaal alleen en voel ik mij toch samen.
Maar laatst, in een eik met 30 kraaien en 18
duiven… voelde ik me zwaar alleen.

Samen is een droom, zegt de ijsbeer.
En wat die droom dan is?
Dat het ik-ik-ik eens stopt.
Iedereen werkt samen!
Mijn ijskap groeit weer aan.
De wereld wordt eerlijker, mooier, witter.

Samen is een waarheid, zegt de mier.
Dat is toch zeker zo?
Vanaf de dag dat ik uit mijn eitje kroop ben ik samen.
En dat gaat verder tot mijn dood.
En daarna… dat zie ik dan wel weer.
We zijn nu eenmaal samen en verder geen gemier…

Samen is een leugen, zegt de wolf.
Want als puntje bij paaltje komt, is iedereen alleen.
Eenzame zwervers door donkere bossen.
En iedereen zoekt het zelf maar uit.
‘Samen, pfwoah, een verzinsel van de media!’

Samen is een feest, zegt de otter.
Alleen is zo alleen.
Niemand om mee te spelen, te lachen, te huilen.
Niemand die me zegt: ‘Wat fijn dat jij er bent!’
Het leven moet je vieren en vieren doe je samen.

(Ties Engelsma, gepubliceerd in Trefwoord)